Een blijspel in drie bedrijven door Basil Thomas.

Het stuk speelt zich af in de ontvangstkamer van de flat, boven het antiquariaat van Aubry Sellars in Londen.

De jonge weduwe Jullie Sellars is hertrouwd met de weduwnaar Bertie Skidmore, die veel geld verdiend door waardeloze kitsch als dure echte antiek te verkopen.Hij mag trouwens ook Jullie’s vader onder zijn goed betalende slachtoffers te rekenen. Terug van hun huwelijksreis krijgen de Skidmore’s van hun tante Dolly een parkietje, maar niet een gewone parkiet. Neen, het is er eentje, dat kan spreken. De rare vogel, die bovendien beweert de getransformeerde overleden eerste echtgenoot van Jullie te zijn, doet Bertie haast de stuipen krijgen want het parkietje verteld veel onaangenaams uit Bertie’s handel en wandel. De familie denkt dat Bertie aan hallucinaties lijdt en zijn huwelijksgeluk loopt gevaar. Nadat gans de familie de sprekende parkiet heeft bezig gehoord, moet de vogel het huis uit en dit lukt slecht na heel wat evenementen. De rust is nauwelijks in de familiekring terug of tante Dolly met een nieuw gevaar voor het huiselijk geluk: een parkiet, dat luistert naar de naam Fifi, Bertie’s eerste vrouw. Al geloofd men geen sikkepit in de reïncarnatie van parkietje van Julies’ eerste echtgenoot, toch blijft het vogeltje zijn aantrekkelijkheid behouden en is men benieuwd te vernemen wat het weer zal verklappen wanneer het zijn bekje opent.

OPVOERING in zaal Van Eyck, Maaseik op 25 april 1957